Huisdieren vond ik altijd leuk. Vooral voor anderen, niet zozeer voor ons.
Vroeger bij mijn ouders hadden we wel een hond maar toen ik later zelf een gezin kreeg en mijn man en ik beiden werkten, vond ik een hond of ander huisdier toch wat omslachtig.
In de loop der jaren begon het wel een beetje te knagen. Kinderen zouden toch eigenlijk (volgens de boeken) met huisdieren op moeten groeien.
Een gemis in de opvoeding dus…
Misschien dat een kat iets zou zijn. Die hoef je tenslotte niet uit te laten en kan gemakkelijk alleen zijn. Maar ik was niet zo’n kattenmens. Heb altijd meer met honden gehad. En als ik het daar wel eens met vrienden of familie over had, had men ook de nodige bezwaren. ‘Dat moet je niet doen, is niets voor jou. Weet je wel dat katten je behang kapot krabben en dat ze op het aanrecht springen? En wat dacht je van al die haren!!!
Ontmoedigende reacties dus.
Een jaar of vijf geleden kregen we nieuwe buren. Ze hadden 3 grote honden en maar liefst 6 katten. Én veel haren!
Ik raakte bevriend met de buurvrouw en raakte door haar ook bekend met PAWS. Er ging een compleet nieuwe wereld voor mij open. Van de respectvolle manier waarop zij en haar man met zowel hun eigen als met alle andere dieren omgingen was ik diep onder de indruk. Bij hen zag ik dat een kat niet zomaar een kat is maar elk dier z’n eigen persoonlijkheid heeft en dat je met iedere kat weer een andere band op kan bouwen. Prachtig om te zien. De honden volgden geen bevelen op maar er werd met hen gecommuniceerd, zij deden heel rustig wat hen werd gevraagd. Alle drie, zonder ‘apport’, zonder geschreeuw. Opnieuw bijzonder om te zien.
Op een zomeravond in 2013 gebeurde er iets bijzonders.
We zaten nog even buiten, de koffers reeds ingepakt om die nacht naar Schiphol te vertrekken voor een vakantie naar Kos. Plotseling liep er rond ons huis (we wonen vrij afgelegen) een klein rood mager katje. Hij leek wat hongerig, was een beetje bang maar leek ook niet van plan op korte termijn weer weg te gaan. We zochten iets te eten en vervolgens belde ik mijn vriendin voor raad. Want wat te doen met een aangelopen kat, de avond voordat je op vakantie gaat?
Mijn vriendin had bij PAWS voor hetere vuren gestaan. Geconcentreerd en doortastend benaderde zij het katje, onderzocht het en gaf hem het door haar meegebrachte eten. Waarvan hij dankbaar gebruik maakte. Ze wist ook wel een oplossing. Zij zou tijdens onze vakantie dagelijks het katje komen voeren. Ze verwachtte dat hij wel terug zou keren bij ons huis, hongerig als hij was.
En zo is het ook gegaan. We kwamen terug van vakantie en troffen een zo goed als gesocialiseerde kat aan, inmiddels Poekie gedoopt. Hij durfde al in huis te komen en liet zich gemakkelijk aaien en optillen.
Poekie stond nergens als vermist geregistreerd en was niet gechipt. Het besluit was snel genomen. Het moest zo zijn, Poekie bleef bij ons en iedereen was om. Wát een aanwinst. Zo gezellig, zo lief. Hij is een onderdeel van het gezin geworden. Iedereen is weg van hem. Mijn stoere zoon van 16 (‘ik wil geen kat’) pakt hem op zo gauw hij de kans krijgt om even met hem te knuffelen. Mijn man (‘ik ga er niet voor zorgen’) is degene die hem ‘s avonds z’n zakje vlees geeft. Mijn moeder die niks met katten had, er bang voor was, haalt hem aan en is uiterst bezorgd als er iets met hem is.
En mijn dochter vraagt als eerste als ze in het weekend thuis komt; ‘waar is Poekie?’
Toen ik afgelopen week ziek was, lag hij 3 dagen op mijn bed. Slechts voor een sanitaire stop ging hij even naar buiten. Zo aandoenlijk. Hij begrijpt je, is slim, komt als je roept, gaat mee wandelen en ja, hij ligt ook wel eens op het aanrecht én hij verhaart. Nou en? Kortom Poekie hoort er bij en is onmisbaar.
Door het contact met mijn vriendin, de kennismaking met PAWS en door Poekie ben ik dieren door ‘een andere bril’ gaan zien. Met respect en verwondering. Een waardevolle ontdekking.
Dit alles heeft tevens geresulteerd in het feit dat ik af en toe wat klusjes uitvoer als vrijwilligster voor PAWS Nederland. Een nuttige en dankbare bezigheid. Uiteraard doe ik mee aan de ‘euro per maand’ donatie actie. Want eén euro (of twee, drie) per maand voor zoveel goed en noodzakelijk werk kan toch bijna iedereen wel missen?!